Niets doet meer pijn dan het verliezen ener vriend
Vooral als je dan merkt dat hij niet je vriend was
Is dit de straf die men voor zijn goedheid verdiend?
Of keek ik zo naïef doorheen het spiegelglas
Nog erger, ik was wellicht zo stom en bijziend
Dat men mij zelfs gans mijner ziel en hart uitlas
En ik het pas zag eens aangespoeld als een griend
Tot een hopeloze vis naast die waterplas
Mijn Liefde mijn vriend, is als een zaadje dat kiemt
Maar tussen jouw almaar hoger prijkende gras
Heb jij mij uit eigenbelang steeds weg gestriemt
En kwam ik als vriend meermaals niet te pas
Vergeving gezind leef en hoop ik helderziend
Zo staar ik de toekomst in als een zuur lachgas
Mijn zaadje is bijlange nog niet uitgekiemt
Wie weet komt ik ooit bij jou toch nog eens van pas