soms benijd ik
een klein kind
om haar onwetendheid
het lijkt haast een zegen
te zijn
zo vol vertrouwen
in alle tevredenheid
o,hoe heerlijk waren toch
die prille kinderjaren
jaren van onschuld
en onbevangenheid
de wijsheid
die toen nog ontbrak
gaf geduldige zekerheid
er school nog geen gevaar
in de uitingen
van die groeiende persoonlijkheid
en om fouten
die onbewust werden gemaakt
was er geen besef van spijt
nu ik terugkijk
op die tijd
kan ik toch tevreden zijn
met wat ik heb bereikt
er was kennis nodig
om te groeien
en nu leer ik
van mijn fouten
soms met diepe rouw en spijt
maar het lukt me
om te klimmen
naar volwassenheid