Daar sta je dan,
Met al je make-up,
Mooi hè,
Al die sieraden,
Een harnas van goud,
Zilver en oogschaduw,
Wat leuk,
Zo een masker,
Ben je nu,
Eens jezelf?
Of weer dat andere,
“niet echte” persoon?
Echt ben je niet,
Door al die eyeliner,
‘k Vind het wel mooi hoor,
Maar heb liever de echte jij,
De echte jij?
Wanneer heb ik dat,
Nog eens gehoord?
Lang, lang geleden!
De mascara verbergt je!
Al die kleuren ook!
Ik wil je gewoon,
Gewoon terug!
Kom terug,
Kom dan maar,
Wees niet bang!
Wees naturelle!
“Wees niet bang!”
Wat een uitspraak?
Zeg ik dat nou?
Nee toch?
Ben ik nou zo dom geweest,
Om jou voor te stellen,
In goede en kwade dagen,
Met een cliché alom,
Ik heb je gehaat,
Ik haat je nog steeds,
Omdat ik van je hou,
Maar eigelijk niet wil,
Omwille van de vriendschap,
Die tussen ons is,
Je zult het ooit wel merken,
Dat het niet goed is tussen ons,
We zijn vijanden,
Maar ik besefte het niet,
Tot vorige week,
Op het rockfestival,
Jij doet lief,
Ik ben een monster,
Diep in je haat je mij,
En ik haat jou,
Maar toch,
Hou ik van jou,
Met m’n ziel,
Zoals iedereen rond mij,
Je bent perfect!
En dat haat ik aan je,
Je kunt iedereen bevredigen,
Zoals jij dat wilt,
Maar je wilt het niet,
Je wilt het anders,
Niet zoals wij,
En dat is goed,
En laat het zo blijven,
Het blijft zo goed!
Laat me zo sterven,
Onder deze gloed!