Ik verlang naar je
Iedere dag.
Werkelijk ieder moment,
Tot ik weer mag.
Weer samen op mijn bed,
In elkaars armen,
De hele nacht lang,
Elkaar met liefde verwarmen.
Ik zou je zo graag al mijn liefde geven,
Maar ik doe het niet.
Vrees voor je leven,
Als ik dit vuur toeliet.
Zelfs al ben ik bij je,
Is mijn verlangen nog niet voorbij.
Geen zoen geeft,
Wat ik voor je heb in mij.
Een leven met jou,
Is mij te kort.
Maar toch is er iets,
Waar het aan schort.
Ik kan dit niet aan lief,
Dit gaak stuk.
Onbedoeld ben jij de dief,
Van mijn geluk.