Gesneden boegbeeld van een trots
galjoen, de borsten monter vooruit
klapperende zeilen als de jurken
van de hoeren aan de Taag
hun keurs omhooggeduwd
met walvisbaleinen
Zij stoppen zilvergeld
in de spleet van een offerkist
dankbaar buigt het negerbeeld
met tekst voor behouden vaart
smeken de zegen af van Isis
vrouwe van de zee
Zij roept hen met de golven
in de haven, de schreeuw
van een zilvermeeuw
het kraken van het schip
het ruisen van het bloed
de slagen die het herte maakt
De dames van de Taag
schuiven hun last opzij
jurk gaat weer omlaag
zeelieden geroepen
door haar verzamelen zich
het tij wacht niet