groen = groen.
maar toch niet altijd zelfde kleuren.
een kleur is een kleur.
maar niet de zelfde kleur
zoet = zoet.
rozen ruiken zoet.
iets smaakt zoet.
en toch is het niet altijd even zoet.
ruiken = proeven.
nu veklaar je me voor gek.
maar knijp je neus dicht en eet.
wat proef je dan?? niks.
duz is ruiken proeven.
een kleur is een kleur.
een geur een geur.
en toch heeft vaak een kleur een geur.
voor mij ruikt rood zoet.
rood = een roos, een roos is zoet.
groen geeft mij de kracht.
kracht om alles te doen.
groen heeft een geur.
zuur, zuur van een lemon.
geel heeft geen geur.
geel geeft warmte.
de warmte van de zon.
oranje geeft me leven.
het leven dat me is gegeven.
blau zet me aan het denken.
denkan aan me ma.
ja dat is best wel raar.
zwart is de kleur van haat.
als ik zwart draag voel ik me niet fijn.
dan voel ik me zo klein.
zo klein in deze wereld vol haat.
duz een kleur heeft een betekennis voor mij.
door sommige kleuren word ik blij.
door sommige weer niet.
dit is best wel gek.
kleuren die betekenis aan je leven geven.
zijn er meer mensen waar dit voor geld?
-xxx- marita