Onbegrijpelijk
Ik moest er altijd voor je zijn,
en ik was er voor je.
je had het moeilijk,
je wist dat ik je zou helpen.
samen kwamen we er wel uit.
onbegrijpelijk,
dat juist nu,
nu het niet echt gaat met mij,
dat jij degene bent,
die het af laat weten.
onbegrijpelijk,
dat jij nu alles,
alles in mijn schoenen schuift.
dat het allemaal mijn schuld is,
dat jij nu doet alsof je zielig bent.
ik heb nu voor mezelf gekozen
ook al doet het pijn
dat je me niet meer hoeft,
is het ergste niet.
onbegrip van anderen dat doet pijn.
onbegrijpelijk,
hoe jij het voor elkaar krijgt,
mensen precies zo te laten denken,
zoals jij dat wilt.
ik snap het niet.
~
onbegrijpelijk,
dat ik altijd heb gedacht dat vrienden er voor zijn om elkaar te helpen als het niet meer gaat, en niet om het allemaal erger te maken..