De stranden zijn witgetekend
meeuwen gekrijs klink boven de zee
zij die langs houten palen stroomt
en haar gezicht verbergt in het zand
Al uren klopt ze op de duinen
niemand hoort haar zachte stem
de klanken van haar sterven weg
in de opkomende nacht
Ze leest zichzelf terug op het strand
sluit haar ogen voor even
en luistert met belangstelling
naar de stemmen
Die haar bewonderen
maar tegelijk ook
vrezen
Auteur: wijnand. | ||
Gecontroleerd door: bieke | ||
Gepubliceerd op: 07 maart 2005 | ||
Thema's: |