Ooit werden wij, De Ruby’s van Lathyrus uitgezonden op een missie.
Een die ik nooit zal vergeten
Tot aan de dag van vandaag
Blijft het een herinnering
Op 13 juni 2010 riep Lathyrus ons tot zijn zijde.
Hij sprak met een zangerige stem tegen ons, diep en somber.
Hij sprak in het engels, de enige taal die hij kende liefhad en vereerde.
“Honera”zei hij,”elf of honest, Trussy angel of trust,Lofel nimf of love and kindness, listen too me.
Voel je je wel eens ongerust
Ongerust van wat er komen gaat?
Als die angst je niet verlaat
Wat zou jij dan doen?
Als die angst werkelijkheid wordt
Iets waar je voor vreest
Iets waar je al op zat te wachten
Als de zonneschijn na regen
Alleen dan omgekeerd
Als de angst je teveel wordt
Zou je dan schreeuwen?
Door iedereen gehoord
Zou je stiekem schuilen, niet ophouden met huilen?
Of zou je nadenken, nadenken over wat er nog aan zou kunnen doen
Dat is wij deden!
Onze missie: op zoek gaan naar het goede in de mens
Ons doel: het vinden van het goede in de mens
Ons budget: hoop op een goed einde
Wat is hoop dan eigenlijk
Iets wat je wel wilt vinden, iets waar je op hoopt
In ons geval het goede in de mens
Hoop en goede moed
Zoiets als”Niet alles wat gij zoekt zal ik vinden, maar ik zal mijn bestdoen blijf hopen! ”
Op 22 juni 2010 begonnen we onze missie dan eindelijk.
We hadden 30 dagen om te vinden wat we zochten.
Zoniet dan…
We begonnen in Monaco waar we keken of rijken en fortuinlijken goede en zuivere harten hadden
Rijk en machtig mocht dan mooi zijn
Dan ben je opeens heel groot
Dan zie je al die dingen waar je alleen niks aan kan doen
En dan besef je dat je klein bent
Zo sprak een wijze man uit Monaco.
Een zuiver hart had hij niet, hij had veel fout gedaan in z’n leven.
Maar toch was het geen slacht mens,
Hij zou even in het vagevuur
Rein
Dan wordt het hart weer puur
Rein
Dan wordt de ziel weer rein
En kan je in de hemel zijn.
We reisden verder, en er gebeurde opmerkelijke dingen tijdens onze reis maar het goede in de mens vonden we niet genoeg.
Sommige mensen bekommerden zich niet eens om iemand of iets.
Het ging namelijk niet om eigenbelang.
We vonden verkrachting, zelfs moord
Kuilen graven op het strand
Kuilen graven in het zand
Kuilen hele diepen kuilen
Waarin wat geheimen schuilen
Waardoor mensen hard gaan huilen
Als ze zien wat er in die kuilen ligt
De politie bellen, schreeuwen wie doet toch zoiets?
Maar ik gooi de kuilen dicht
En dan zien ze lekker niets!
Monaco was eigenlijk de plek waar het nog het best was op de wereld.
Mensen waren aardig als ze wisten dat aardig zijn er niet voor zorgden dat ze er zelf slechter van zouden worden.
Mensen die aardig waren, die durfden ergens om te geven waren meestal kinderen, of arme mensen die wisten hoe het voelde om het moeilijk te hebben.
Maar ook wij kregen problemen.
Lofel had problemen met haar geweten en haar hart.
Problemen die escaleerden in het verlies van haar goede hart en zuivere geweten.
Maar behalve dat koste het ook onze vriendschap met Lofel” Nimf of love and kindness. ”
Als je verliefd wordt op de verkeerde persoon
De verkeerde jongen
Als je ogen blind zijn
Niet meer luisteren naar jou stem
Als je lichaam verlamd is
Niet meer luistert naar het brein
Als je geest vertroebelt
Niet meer je verstand aanbidt
Als je verliefd wordt op de verkeerde persoon
De verkeerde jongen…
Op 13 juli 2010 werd Lofel verliefd op Mart
Een verkeerd persoon,iemand die vrouwen verkracht en vermoordt
Had haar hart gestolen
Foute boel dus!
We gingen verder zonder haar
Met z’n tweeën
Het leek een dramatisch einde, we hadden gefaald
Het goede was niet gevonden en we waren een van onze beste vrienden kwijt
Lathyrus liet de wereld branden, net als in het vagevuur.
Dit deed alleen veel meer pijn.
De wereld ging op in vlammen
Ik was verscheurd van verdriet.
Lezen, doen, kusje knuffeltje,
Dan is het verhaaltje uit, toch?
Het was zo, god had Lathyrus gemeld dat de mensen te slecht waren om op deze wereld te leven.
En vanwege het verbond met de mensen dat er nooit meer een zondvloed zou komen.
Moest de aarde maar branden, net als in het vagevuur.
Dus dat gebeurde.
Ik keek toe hoe de wereld afbrandde, iedereen doodging en pijn hadden.
Maar ik zag ook glimlachen, van kinderen.
Kinderen die leefden, wel zuiver waren
Ik glimlachte ook, zomaar
In m’n hoofd vormde er woorden voor een gedicht.
De aarde is verbrand tot as
De aarde niet meer wat het was
Maar god is ons toch goedgezind
Het goede in de mens?
Het goede in een kind!