Elke nacht lig ik weer te beven.
Elke nacht hoor ik weer geluiden.
Wie zingt er zo hoog en treurig?
Wie loopt er boven terwijl iedereen slaapt?
Boven hangt er een schilderij.
Ben jij het dan toch?
Is het iemand die wat van mij wil?
Moet ik het negeren?
Ik kan het negeren, en ik doe het licht weer aan.
ik probeer het zachtjes weg te jagen.
Want het maakt me heel erg bang.
Als ik het nog steeds koud heb,
en dekens bij deze kou niet werken.
Doe ik mijn ogen dicht, en wacht ik tot het buiten ook weer licht wordt.