Dromen
In het diepst van de nacht
slaapwandelt zij over mijn
zoetste dromen,
mijn hart strelend,
mijn adem benemend
Iedere nacht lopen we samen
langs de hoogste bomen
en langs het groenste gras
Elke nacht weer horen we
de stilste beekjes en horen we
de mooiste vogelzang
Elke nacht weer zien we
de mooiste sterren
die naar ons lachen,
en samen lachen we terug
En elke nacht weer
hou ik haar hand vast
op zoek naar dat ene gevoel,
maar steeds als ik
het dreig te vinden
laat ze los,
bang dat ik het
niet zo bedoel...
Zal ik haar
ooit durven aankijken
in haar ogen, zo
mooi als de nacht,
en kunnen zeggen
dat ik van haar hou?