Ik pak de proppen uit de prullenbak
En strijk ze glad
En lees het afgeschreven leven
Van een dag terug
Ik krijg de kreukels niet meer strak
De inkt nog nat
Is vlekkerig gebleven
Als tranensporen op een droge wang
En de as van opgebrande sigaretten
Veegt grijze veren in een witte lucht
En ik verlang dat ook vandaag
Aan dicht niet meer zal geven
Dan vier korte woordjes die er zo toe doen
“Ik hou van jou” en jij geeft mij een zoen