Zo'n ventje
ziet nog alles kómen
en droomt nog
zondoorweven dromen.
Op dribbelbeentjes
stapt het voort
en babbelt en gebaart elk woord.
Het speelt met water
en met zand.
Het speelt zijn wereld:
speelgoedland.
Zijn schepje schept een autobaan,
zijn vuistje boort een tunnel aan.
Zo'n ventje bouwt,
zo'n ventje leeft
en is voldaan met wat het heeft.
Auteur: Huub Hoek | ||
Gecontroleerd door: maneschijn | ||
Gepubliceerd op: 23 december 2005 | ||
Thema's: |