Het is bijna 2 jaar geleden
niet velen weten van ons verleden.
De dag dat ik je zag zal ik niet snel vergeten,
je was zo puur, zo eerlijk en lief, ik was van je bezeten.
Een periode van liefde, intens geluk,
mijn houden van kon niet meer stuk.
Ik heb zoveel van je gehouden en jij van mij,
mensen die het wisten, wisten beter, we waren niet vrij.
Jij zo jong, in de bloei van je leven,
en ik, ik kon gewoon niet anders dan eerlijk te geven.
Het voelde voor mij zo gewoon, een veilig thuiskomen,
bijna 2 jaar later zal ik er nog over dromen.
De zoete smaak van liefde zit in mijn gedachten,
de uren die we samen huilden en lachten.
Onze muziek, de nummers die we beluisterden,
nu pas kan ik ze weer horen ze laten me nog huiveren.
Ik sluit de mijne en kijk in jouw ogen en zie de pijn,
mijn lieve schat, het spijt me zo, het heeft niet zo mogen zijn.
Mijn angst dat het op den duur niet meer zou gaan,
heeft me doen besluiten om te gaan.
Je armen om me heen, je waanzinnig lieve lach,
jouw woorden gedragen door de wind die dag.
Onze lichamen verstrengeld onder een deken van geluk,
omgeven door zonnestralen, beiden naief, voor ons kon het niet stuk.
Dit alles en meer staat in mijn hart gegriefd,
maar ik weet, ik ben bij jou niet meer geliefd.
Je lacht en kijkt me niet meer aan, het is te laat,
ik blijf toch van je houden mijn liefste, ook al voel jij alleen maar haat.
Ik ga verder met mijn leven, en jij met het jouwe,
voor mij fijne herinneringen, ik mag er niet meer om rouwen.
Ik neem geen genoegen met minder zodat,
ik die ander kan geven wat ik jouw in die korte tijd gaf.
Ik hoop dat de wind ons nogeens zal leiden,
daarheen, waar we ons geluk vonden, wij beiden.
Haat en liefde, een gevoel een gebaar,
zo dichtbij zo ver weg, ieder apart, ver weg van elkaar.