Toneelspeler
De planken van het toneel kraakten
onder het gewicht van zijn spel
bedrukt en smoel vol grim
slaakte de zaal zuchten
O nog nooit
was tragedie zo zwaar geweest
Alsof de kinderen van Niobe
stierven aan zijn blote voeten
jammerend in de nacht
alsof de nachtegaal zijn stem verloren
de naderende stilte
het einde van al het zacht
Alleen stond hij daar, met stem
in geworpen schijn
lachende luim zo ver
van wat daglicht niet verdraagt
sluimerde in spraak
en de wereld ging - van licht naar ster
Lichaamstaal als droeve poëzie
ernst klonk
spelend in theater
de aanwezigen slikten brok
en dachten geen moment
aan later
F.