Over drie dagen zouden wij
op vakantie gaan. Zo blij
dat we alles hadden geregeld en gedaan.
Maar dat gevoel is is nu naar de maan.
Wij alleen. Met z'n tweeën.
Het zou leuk worden, maar toen ging ik wenen.
Ik kon het niet meer verzwijgen!
het kan zo niet meer blijven!
Ik kon het niet meer aan,
dat je me alleen nog zag staan
als er niemand anders voor je klaarstond.
maar het is over, nu word ik niet meer behandeld als stront