Zwijgend start ik de wagen
in de achteruitkijkspiegel zie ik jou droevige gezicht
Al dat verdriet dat je moet dragen
Zo jong nog zie ik de schade aangericht
Van je gezicht af te lezen
Zal de pijn ooit nog genezen?
die blik in je ogen
staat in mijn gedachten gegrift
Wanneer zullen je tranen drogen
Waarom houd hij niet op met die bezitsdrift
Ik zou je willen geven een eeuwige lach
Hoop geloof en liefde als het aan mij lag
Maar het is me niet gegund
De fatsoensnormen zijn op hun dieptepunt
Alles gooit hij in de strijd
Misbruik makend van je onafhankelijkheid
Een kind gelovend in de vader
blijkt bij nader inzien een aartsverrader
K heb geen hand in wat er komen gaat
K heb mijn hoop gevestigd op mijn advocaat
Dat ik ooit de dag mag beleven
Om jou mijn hoop geloof en liefde te geven