Geruisloos zwevend naar het aura omgeven licht.
Een grenzeloos verlangen om het onbekende te betreden.
De hunkering naar het verleden of de toekomst, de kringloop van het leven.
Mag je je eigen toekomst bepalen door elkaar voorgoed verleden tijd te wensen?
Is het egocentrisch om je eigen selecte groepje mensen te kiezen?
Of is het puur onvermogen om het uit te breiden en je verder te ontplooien?
Je baden in je eigen zelfbehoud om niet te verdrinken in het keurslijf waarin je leeft?
In je dromen verkrampte kaken, een bewegingsloze tong. Kwijlend van het speeksel, doordrenkt van
onuitgesproken woorden, weerspiegelen meedogenloos de machteloosheid van je ziel.
Geruisloos, haast onzichtbaar, vloeien de warme tranen over mijn wangen.
Onderwijl mijn tong met zachte druk naar binnen wordt geduwd, lig ik snakkend naar adem en aandacht,
vragend om gehoord te worden op de grond. In afwachting om gevoed te worden met begrip en
medeleven zoals een vis op het droge, die naar de koele zuurstof en voedselrijke zee verlangt.
IJzige gedachte verdwijnen in de schreeuw van de nacht. Om in de ochtend te ontwaken in de wetenschap niet gehoord te zijn.
Zoals een echo die weerklinkt, zonder antwoord te weerkaatsen, steeds zachter, eindigend in de stilte van de nacht.
Verlangend naar de terugkerende weeïge dromen, in de hoop die aangereikte hand te kunnen grijpen die geboden word, in de duisternis van de nacht..
Steeds bedachtzaam luisterend naar het gefluister van je diepste innerlijkheid.
Zoals de golven van de zee, rustig kabbelend, of de ruwe branding, meegesleurd worden op de klippen, om zich vervolgens in rustiger vaarwater te begeven.
Uit puur zelfrespect en zelfbehoud moet je je eigen beslissingen nemen en aanvaarden zoals ze komen.
Het is alleen de vraag wanneer?
Pieken en dalen doorleven, luisteren naar de stilte van het water, voort kabbelend in het oeverloze gesnater van mensen die niet eens weten waarover ze praten.