Ik zit hier buiten in de zon,
Mijn gedachten dwalen nogmaals af.
Ik begin weer te dagdromen.
Voor me zie ik een grasveld,
Grote uitgestrekte velden
Vol met wilde bloemen en kruiden
En omringd door bomen.
Ik zie een rivier, een meer, een waterval.
Ik zie wilde paarden rondrennen
Die gehoorzamen wanneer ik roep.
Ik ga zitten aan het water,
Maak het mezelf gemakkelijk in het gras.
Ik geniet van de zon, de geuren,
De geluiden en de kleuren.
Ik zie mezelf weerspiegeld in het wate,
Voor het eerst mooi en compleet gelukkig.
Prinses in mijn eigen paradijselijke koninkrijk.
Ik hoor dat er iemand aankomt
En ik draai me om om te kijken wie.
Ik zie een prins, op een wit paard.
Hij komt langzaam naar me toe
En komt naast me zitten,
Met z'n arm om me heen.
Ik glimlach en draai m'n gezicht naar hem toe
En ik verdwaal in zijn ogen...
Dan zucht ik diep
En bedenk ik met spijt
Dat mijn mooie sprookje
Nooit meer dan een sprookje zal zijn...