Ineens was jij daar,
Waar te kijken wist ik niet.
Een flauwe glimlach rolt over mijn gezicht.
Eenzelfde glimlach schenk je mij.
Schamend voor mijn reactie,
Loop ik snel door.
Halverwege kijk ik om,
Je hand vormt een muur tussen onze ogen.
De pijn in mijn borst trekt langzaam weg,
Mijn lippen overleven het maar net.
Verschoven naar mijn maag,
Baant de pijn zich een weg naar mijn hart.
Ik kijk versuft om me heen,
Nergens anders aan denkend.
Mijn hart is overwonnen,
Overspoeld door verdriet.
Als een robot loop ik verder,
En waar ik ook kijk....
Drijfzand.