jouw ogen staren me aan
- sprankelend als altijd -
en keren zich vervolgens weer weg
doordrenkt met schaamte.
maar zelf kan ik mijn blik niet weren
tegen jouw mooie getuite lippen
die mij zachtjes in mijn hals kussen
en mij vervolgens eeuwig in een roes laten.
en dát, liefste, is pure perfectie.