In de zwoele nacht van het stille leven
Hoort men de nachtegaal niet meer zingen
De vrolijke vlag, die altijd vrolijk wapperde, hangt plotsling stil
En het beekje, langs de groene bosrand, is stil en koud
Maar, vrees niet mijn stille medemens
Kijk naar het licht
Is dit werkelijk wat je ziet? Of weerspiegeld het je binnenste?
In je oren hoor je trieste wervelklanken
Die de nachtegaal overstemmen
Binnenste kent geen vrolijk en liefdesheid
Waardoor de vrolijkheid van de vlag wordt afgenomen
En je ogen staan stil, en de blik is koud
En het beekje, dat glinstert in het maanlicht, weerspiegelen je angst
Maar kijk omhoog, kijk naar het licht
De nacht is bijna voorbij
Het leven voorspeld nog zoveel meer
En vrees niet, mijn stille medemens
Open je hart voor zoveel goeds
En kijk gewoon maar naar dat licht