Ik walg van mensen,
Die altijd zeuren,
Die altijd iets te klagen hebben.
Mensen,
Die alleen maar aan zichzelf denken,
Zich niet kunnen verplaatsen,
Zich niet kunnen inleven in een ander.
Ik bewonder mensen,
Die ondanks alles,
Blijven knokken, blijven doorgaan,
Ook al zijn ze diegene,
Waar ze het meest van houden,
Kwijt.
Ze troosten anderen,
Terwijl ze eigenlijk zelf,
Getroost moeten worden.
Mensen,
Die eerst denken aan een ander,
En dan pas aan zichzelf.
Dit,
Zijn de sterkste mensen op aarde.