Ik heb zo wat duizend vragen
Maar ik weet ik ben niet alleen
Al die vragen over het verleden
spinnen een rag over het heden heen.
Als God dé Schepper was van alles
en de wetenschap de kolenlagen telt
dan weten zij dat die in de aarde,
meer dan miljoenen jaren zijn gekneld.
Neem ik aan dat de mensheid
ongeveer zo'n tienduizend jaar is
Waarom wachtte hij dan zo lang
om ze te bevolken met hun kommernis.
En toch besluipt mij de twijfel
Misschien is het toch allemaal echt
En wacht ons op het einde
Het volmaakte onbevoordeelde recht.
Waarom is de ene vroom en devoot
de ander niets ontziende
en aldus een prooi voor de
eenmalige helle dood.
Ik schud even met de schouder
en wacht nog een tijdje af
Binnenkort ben ik dertig jaar ouder
En vind ik misschien een antwoord
vanuit mijn graf.