een meisje die vertelde me haar gedicht k moest wat zegen.
ik voel met haar mee dit is haar tekst en mij antwoord benee.
ze leerd snel en ze weet hoe het moet,
hou van haar zegen de groet
Judith - Op zoek naar mezelf
Het strand stil,verlaten
De zon zakt in het water.
Stilte, geen geluid is te horen,
Er is alleen ’t geruis van de golven.
Een meisje zittend op de rotsen, ze staart voor zich uit in het water,
Ze is diep in gedachten verzonken, ze denkt na, maar zit met vragen.
Ze vraagt zich af wie dat meisje is dat in het heldere water zichtbaar is,
Een speurtocht naar antwoorden en feiten die ze wellicht daar vind.
Haar oppervlakkigheid laat ze varen, haar gedachten krijgen vrij spel,
Onbekende geheimen komen naar de oppervlakte, die alleen zij kent.
Tranen zouter dan het zoutste zeewater stromen langzaam uit haar ogen,
De tranenwaterval ontsierd haar gezicht, steeds meer komt er naar boven.
Zolang onderdrukt, voor zichzelf verborgen gehouden in haar hart,
Opgelucht, dat ze al die emoties na die lange tijd laten gaan kan.
Van buiten lijkt ze zo gewoon, alleen haar ogen zijn doordringend.
Gesloten als een oester, maar als deze opent is er een parel binnen.
De muur van bescherming die de oester biedt verzwakt met de tijd.
Binnenkort zal hij verdwijnen en op die dag zal de parel verschijnen.
wesley- andwoord
jah de wonden verdwijnen.
als je het hier voelt.
je heb het genomen.
je heb het bevoelt.
je had de pijn.
en dat kon je ook wel zien.
in de tekst van je.
is ook nog wel mischien.
maar wat er ook is gebeurd,
en dat je daar mee zit.
deze tekst vertelt wel wat.
dat je er om bid.
maar geloof het lot.
dat is waar het om draait.
ook al verweg.
niemand die er naar kraait.
maar je gelooft in je gevoel.
rijmen en en je doel.
waar het ook om draait.
is het leven niet gelaait,
de zucht van de wind.
het gelach van een kind.
en de golven van de zee.
nemen al je dromen met zich mee.
niet de dromen waar je om geeft,
maar de dromen blijfen komen.
en als je schrijft de wonden schonen.
je kan het goed en ga maar door.
wil je leren of bezeren vallen weer opstaan.
dat is iets wat nooit zal vergaan.
en je veegt die traan van je wangen.
en ik kom naast je ziten.
sla mu arm om je schouder,s
we zullen weer spitten
dit is voor judith