Ik ga door het leven,
Kampend met mijn onzekerheid,
Want ik ben lelijk,
En ik zit in de pubertijd,
Mijn buikje te dik,
Mijn borsten te klein,
Ik wil nooit eten,
En voor eeuwig aan de lijn,
Alle programma’s op tv,
En dan kijk ik in de spiegel,
Tja de wind zit niet altijd mee,
Maar bij mij zit het wel heel erg tegen,
Ik heb pukkels,
Vet haar,
En ik ben stil en verlegen,
Maar ooit,
Ooit zal ik bloeien als een bloem in de wei,
Dan zullen mijn borsten groeien,
En deze onzekere puber periode is dan voorbij.