De ochtendgloren,
tjilpende mussen, riekend gras,
dauwdruppels over mijn gezicht.
Opnieuw geboren,
rozen ontluiken, een regenplas,
ik koester mij in het zonnelicht.
Het gouden koren,
weeldige struiken, woekerend gras,
de natuur, zij die nooit zwicht.