Stiekem wil ik onvindbaar zijn,
altijd blijven zoeken naar mezelf.
Hoe interesant zou dat zijn!
Stukje bij beetje dichterbij komen.
Maar, ik ben vindbaar,
lig voor m'n eigen voeten,
zo voor het oprapen,
je eet hier van de grond.
Doe het licht maar uit,
aan het eind van mijn leven
struikel ik over mezelf.