Wat staat mij nog te wachten?
Een tijd vol warmte,
Een tijd van romantiek?
Een tijd van rode rozen,
Een roos die ooit verwelken zal?
Of een struik, in zijn bloei der jaren.
Maar hoe schitterend die struik ook is,
De doorns verraden haar imperfectie.
Maar hoe lelijk ook de schaafwond,
Die is morgen toch weer weg?