ik schuif wat in en jij
zet je naast me neer
als een veertje dat
naar de aarde daalt
begint vervolgens een gesprek
in een taal die ik niet versta
verlies me in de mimiek
van je gezicht, diepte
in donkere ogen, de kleur
van huid en de witheid
die op je tanden glanst
ik knik en richt mijn ogen
naar boven en opzij
zucht hier en daar
je praat en je praat maar
tot de trein stopt en je verschrikt
nog net de deuropening haalt
op het perron nog even zwaait