Voor de nacht die nog moet komen -
minnekozend en met dril.
Tas vol nieuwe mooie spullen -
licht van drachmen en van tijd.
Tot je komt tot nieuwe schreden -
met wat haar op uwen lip.
Strot vol met oude stront,
stond te grade met uw mond.
Flinterdun is uwen blouse,
zacht zal die lieve snoezen.