Bruine haren,
Met wat krul hier en daar.
Donkerbruine ogen,
Zien al het gevaar.
Wat sproetjes op Mn neus,
En voor de rest nog al wit.
Gewoon simpele kleren,
Zolang het maar lekker zit.
Ik doe me grappig voor,
Maar ben van binnen heel anders.
Littekens gezet op Mn hart,
Ik kan het niet meer veranderen.
Vol van mijn verdriet,
Wangen overstromen.
Wil het liefst weg van hier,
Maar heb me wat anders voorgenomen.
Ik wil nog niet dood,
Ik wil nog niet gaan.
Maar wat moet ik anders?
Ik kan niet altijd blijven staan.
Ik zie wel wat er komt,
Ik blijf gewoon verdrietig.
Een lach op mijn gezicht,
Maar vanbinnen vernietigd.