Deze winter gloeide brandend,
Van verlangen, watertandend.
Vlokken kou werden tot schim,
Smolten, toen ik jouw jawoord ontving.
De wereld opende haar poorten, luid,
Daar waar natuur fluisterend fluit,
Scharnierend over bruisende continenten,
Naar huwelijksgeluk vol evenementen.
De wonderwereld groeit gestaag, overal,
Bij elke stap dieper en intenser, bovenal.
Vanuit de Hanzestad, door rust omgeven,
Begint ons grandioos gezamenlijk leven.
Waarlijk wat kan ik je anders geven,
Dan oprechte liefde, zo intens?
Vervult dit jouw grootste wens?
Heerlijke lieverd, jij geeft mij leven.
Na zes maanden gelukzaligheid, bekrachtig ik,
Dankbaar prijzend, mijn liefde voor jou,
Anna, mijn soulmate, mijn heerlijke vrouw.