Portret van de onmacht
Ik neem het je niet kwalijk dat je mij niet helpen wil, •
ook al is dit leven vaak slikken als een bittere pil.
Je neemt mijn wanhoop niet weg, laat me constant in de steek, •
maar het verleden is altijd een excuus voor een nieuwe preek.
Ook al preek je nooit, ik zie het in je ogen, ik zie het in je blik, •
dat mijn daden nog niet zijn vergeven, de wonden zijn nog “dik”.
Die sfeer blijft hangen, de alomtegenwoordigheid van toen.
Het wordt nooit gezegd met een woord, maar indrukken zeggen genoeg.
Soms is het moeilijk om over te gaan naar een nieuw hoofdstuk, naar een nieuw begin.
Soms is goede wil niet meer goed genoeg, soms betwijfel ik van alles de zin.
Van hoe het ooit begonnen is, verlopen is, om zo te komen tot waar we nu staan.
Zou ik het ooit nog allemaal opnieuw willen overdoen of zou ik het liever laten gaan.
Dus vergeef me voor mijn zonden, ja, ik pleegde er zoveel, maar nooit was het mijn bedoeling om mijn geliefden te kwetsen of te verliezen, toch werd het mijn deel…