Het is koud. Je houd me vast, maar voel geen warmte.
De wind blaast hard. Ik kijk naar boven naar de sterren, de maan laat onze tranen glinsteren.
Je pakt me bij m`n kin en laat me ogen op je rusten. Je kust me, pakt me hand. We springen samen naar benede, met onze ogen gesloten. Onze handen verstrengeld in elkaar.
Is dit overwinning? De tijd lijkt stil te staan, maar tikt door tot we in het water worden opgeslokt. Tot we wit worden en elkaar niet kunnen helpen. Je sluit je ogen en stopt met bewegen, je hebt je overgegeven.