Je moeder was als een bloem
Je vader als het zaad
Samen lopen in de tuin
Samen een boom makend
Jij groeide
Door de krachtige natuur
Het water, de wind en de regen.
Hoog de hemelblauwe lucht in
Als een blad
voedend aan de boom
wachtend tot je sterk was
Zodat je vrij kon dwarrelen
Waaien op de wind
Of had je vleugels
Waaien op de wind
Of was er nix te vrezen
Totdat je een bestemming had gevonden
een plaats waar je altijd wilde zijn
Waar je je wortels diep deed groeien
En een stevige boom zou zijn.
Dat de vogels op je takken
Nieuwe leven zouden maken
Dat je je kinderen zou voeden
Tot dat zij de wijde wereld ontdekken.
dat je jaren lang zou blijven wachten.
tot het tijd was om te gaan
Dat iemand je zou omhakken
En je in as zou vergaan.
Langzaam waaiend naar de zee
Door de golven worden opgeslokt
op het water zou verdwijnen
zonder ieder spoor