Verdwaald in wat leven heet
Geen weg, geen pad te vinden,
in al mijn angsten
Zo bang om me te binden
Wanhoop maakt bang
Maar doet ook leven
Rusteloos, op zoek naar moed
om niet op te geven
Waar is die arm,
die uitgestoken hand?
Daar! O nee, kom niet dichterbij
Je duwt me naar de rand
Gapend gat van afgrond
Benauwd, in grote nood
Spring ik in het diepe
Val bijna dood..
Dan: twee uitgestoken handen
omvatten mijn hele zijn
Zetten me weer terug op vaste grond
'Kom', zegt Jezus, 'denk aan ons verbond'