Otium cum dignitate
Rust, ik heb nu in de gaten
dat je fluistert, het doet goed
woorden hoor ik die mij deren
rust, wie wil haar niet begeren
rust is goed voor mijn gemoed
Rust biedt mij een onderdak
als een luifel boven voordeur
als een veertje op mijn huid
aangenaam sereen geluid
rust bezorgt me mijn majeur
Rust, zij mag mij graag verbannen
heerlijk lig ik en ontspannen
zij spookt nimmer door mijn hoofd
rust is wat zij mij belooft
Rust, volkomen en volledig
zij is dierbaar evenredig
waardig als een goede vorst
rust besprenkelt slechts mijn dorst