Er is een stem,
Eentje die fluistert,
Op de momenten dat ik sprakeloos ben.
Eentje die er altijd is,
Op de momenten dat ik hem niet verwacht.
Eentje die schreeuwt,
Wanneer jij er niet bent.
Een stemmetje dat zegt dat jij bestaat,
Zodat ik het niet vergeet.
Een stemmetje dat continue wil dat ik zeg:
“Ik hou van jou en ik hoop dat jij dat weet.”
Bijna heb ik het gezegd,
Maar ik heb me ingehouden.
Ik ben opgestaan en weggelopen,
Want stel dat ik het wel zo voel,
Maar jij niet.
Dan is het afgelopen.
Dan laat maar.
Laat maar.
Vergeet het maar,
Ik heb het niet gezegd.
Toch zorgt het stemmetje dat ik je niet vergeet.
“Ik hou van jou en ik hoop dat jij dat weet.”