Wie is het die zijn huis verlaat,
om te reizen naar verre landen,
met zijn overbevolkte stranden.
Roekeloze automobilisten,
trotseren de filles.
Op het strand schaars geklede
vrouwen zwetend in de zon,
niet bang voor hun huidje
of schamend voor hun buikje.
De tijd gaat snel
de terugreis een hel.
Weer thuis ervaren ze weer,
de leegte in hun hart;
die geen mens kan vullen
Hoop op God,
gij mensenkind,
en droefheid zal verdwijnen;
zonder weg te kwijnen.
Luke Sax