Ik ben een imbeciel,
dat ik niet van een ander kan zijn.
Steeds weer sluit ik mijn ogen
en zit ik alleen met alle pijn.
Jij bent werkelijk mijn alles,
zoals jij me ziek doet maken van verliefdheid.
Ik blijf echter maar vluchten,
hopend dat het ooit nog slijt.
Ik zie jou met mijn ogen,
zoals niemand je ooit gezien heeft.
Het is voorbestemd en magisch,
een gevoel dat in me zweeft.
Dit kan ik niet maken,
weglopen van mijn geluk.
Want mijn alles dat ben jij
en ik maak nu alles stuk.
Mijlenver van jou verwijderd,
in een wereld die ik niet ken.
Telkens als ik in de spiegel kijk,
zie ik iemand die ik niet ben.
Ik voel niet alleen leegte,
maar ook stilte om mij heen.
Jouw liefde is niet bij me,
het laat me achter, heel alleen.
Mijn liefde voor jou gaat zo diep,
maar mijn angst is veel te groot.
Ik moet er niet aan denken,
om alleen te zijn tot mijn dood.
‘s Avonds lig je altijd naast me
en sla je je armen om me heen.
Een stem die me in slaap sust,
sleept me overal doorheen.
Ook als ik wakker word ben je er
en kijk je liefdevol in mijn ogen.
Het idee dat je misschien echt kan zijn,
doen mijn tranen laten drogen.
Maar je bent niet echt.
Je bent een onvervuld verlangen.
Zo graag zou ik bij je willen zijn,
voor altijd in je armen gevangen.
De wereld is zo anders ineens,
zo zinloos zonder jou.
Hoeveel dagen moet ik nog leven,
Lopen huilen in de kou.
Het is zo leeg om me heen,
alsof de wereld niet meer kan draaien.
Alleen ik en mijn gevoelens,
zonder de wind die stopt met waaien.
Ik zie jou,
bij elke stap die ik zet.
Ik kan nog altijd niet geloven,
dat ik dit doe met opzet.
Ik haat mezelf.
Mijn leven wordt beheerst door tranen.
Voor me ligt een wereld zonder jou,
waar ik me een weg door moet banen.
Mijn hart stopt zo met kloppen.
Mijn leven heeft geen zin meer.
Water is geen water meer, lucht is geen lucht,
Geen plek heeft nog een sfeer.
Ik hou zo intens veel van je.
Je bent mijn soulmate, lieve schat.
In mijn slaap lig ik te dromen,
over het leven dat ik had.
Zoveel wegen op de wereld,
maar niet een leidt er nog naar jou.
Ik blijf maar lopen door woestijnen,
hoeveel ik ook van je hou.
Want ik ben een imbeciel,
dat ik steeds maar van je weg blijf lopen.
Het klinkt zo tegenstrijdig,
dat ik nog altijd zo blijf hopen.
Ik blijf maar voor je vluchten,
ook al is de reden niet te beschrijven.
Maar hoeveel zeeen ik ook bevaren zal,
mijn hart zal altijd bij je blijven.