de maan
was onze enige getuige
't gras
heeft een teug mogen opsnuiven
de hoge bomen
hebben getracht zich om ons heen te buigen
toen onze zielen
zich naar elkaar toezuigden
toende ongekende kracht
van verbondeheid, rond ons suisde
toen de klokken
van innerlijke waarheid luidden
wij zijn één,
nimmer meer alleen
(vijf december 2001)