Strijd
Je hart getatoeëerd;
Een bloedend hart, een dolk met druppels,
‘voor altijd de jouwe’;
Voor altijd de jouwe,
Verbergt de littekens
En je ligt te staren naar het plafond,
Een hart dat klopt, maar nauwelijks,
Het houdt vast aan dunne draden,
Haast vergeten momenten;
Je zit in Helena en je gezicht
(ah, duizend schepen zoeken je gezicht)
Wil zich verharden als staal
Van een dolk, het heeft geen zin
En je gezicht kan torens laten kantelen,
Maar is zo moe
Eens was er een liefde, maar een zee als een afgrond scheidt,
Wie wil er nu vechten voor jou?
10 jaar om een hart terug te winnen,
En de zee splijt zich onder een helle maan,
Zilver water, gesneden door boegen scherp als een scheermes, wordt opgeworpen
Blijf geloven in wat er kan,
Sparta lijkt ver weg, Parijs is dichtbij, maar;
Verder weg dan een lichtjaar,
Langer dan een decennium;
Ik zal vechten