hij is een roofdier
maar beseft het niet
ligt languit op het schuurdak
in gezelschap van zijn vrienden
die toevallig kunnen vliegen
hij deelt zijn eten
met gevleugelde kameraden
bedelt om brokjes al heeft hij genoeg
't is voor de eksterjongen dat hij extra vroeg
zij zijn met z'n vijven
hij is maar alleen
ze zitten gezellig rondom hem heen
steeds dichter en dichter
gelokt door zijn staart
die deze kater
uitnodigend zwaait
net ging het even een beetje mis
een van de eksters had zich vergist
was binnengehupt en compleet van de wijs
mijn vensterbank en ruit onder de angstige schijt
heb ik het dier snel uit mijn kamer bevrijd
mijn kater zal ik vragen
zijn vrienden dringend toe te spreken
ze zijn welkom in de tuin
zolang ze maar niet in gaan breken