Jij en ik waren samen één,
Wij die alles samen deden,
Wij die altijd samen:
te vinden waren op school,
Wij hadden dezelfde idool,
Wij hadden zoveel gemeen over alles.
We gingen samen naar de stad,
Jij schoof me ineens aan de kant,
Je zag je andere vriendinnen,
Ineens was ik niet meer goed voor je,
Met tranen in me ogen liep ik weg.
Ik ging naar huis,
Ik had veel verdriet en pijn,
Ik dacht eindelijk een:
Goeie vriendin te zijn,
Maar het lag niet aan mij.
Het was jij die mij in de steek liet,
Daardoor heb ik veel verdriet en pijn,
wie moet nu mijn vriendin zijn?
Groetjes
Shannen