Onbewoonbaar…
De fundamenten van haar geloof
vielen een voor een in stukken.
Het kasteel was niet langer thuis te noemen.
Verweesd bezocht zij het lege bed.
Hij stond er niet bij stil
dat het zuiden in het noorden lag,
zij merkte niet dat in dit leven
verdriet heel anders geschreven werd.
Zoals de ziener blind was
viel het doek over deze eenakter,
applaus bleek niet haar deel
maar ergens verscholen tussen de stilte.
De koning was die dag al twee keer voorbij gekomen.
Zijn vrouw, een minnares van aan de zee
tuitte voor de laatste maal haar lippen
schikte haar ondergoed zoals het een dame past…
esteban 23 Oktober 2010