Ik zie een meisje een pad belopen door duisternis,
Opzoek naar zichzelf omdat ze niet weet wie ze is.
Zonder iemand om haar heen probeert ze zich door chaos te banen,
Eenzaam en stil hoort ze alleen het vallen van haar tranen.
Vaak zie ik haar zitten, huilend en ineengedoken,
Afvragend of het ooit nog goedkomt, want van binnen is ze gebroken.
De zware dagen die ze doorstaat zijn eindeloos lang,
Ze neemt niets aan van deze wereld want die maakt haar alleen maar bang.
Vaak verbergt ze haar gevoelens omdat ze niet durft te praten,
Wil niemand vertrouwen, bang om weer in de steek te worden gelaten.
Velen proberen haar te helpen, maar ze is zo onbereikbaar,
Ze bouwde een muur om haar hart voor iedereen zo ondoorbreekbaar.