Waan me dan nog dieper in mezelf verloren
waar het hier en nu droevig maakt raakt 't schip
de wal nimmer meer; afgesloten tijden sloten
ogen met gedachten toe. Heil de moederschoot
en de armen die het baarde nog ietsje extra.
Gelegen in het tralieloze, waar trappen zeldzaam zijn
kijk ik de auto's van de straat, tot zand en gruis
ook weggeregend spoorloos blijken; meer dan dat-
er rijden geen treinen hier, geen gele platen ook.
Hier is louter waar stilte verzengend werkt.
Het zal gauw moesson worden.