Het is een heel geklaag over politiek den Haag,
het volk stelt vraag na vraag.
Maar eerdaags klinkt het reveil:
wij regeren tot uwer heil.
Er komt een heel geklaag uit politiek den Haag,
want regeren doet men graag van hoog tot laag.
Maar eerdaags klinkt er een refrein,
uit zo menig keel, gefrustreerd en vol sjagrijn.
Want in het land van Mark,
regeert de stijve hark.
De stijve hark die zijn poot stijf houdt,
omdat ie meer van geld dan van mensen houdt.
In het land van Mark,
regeert de leugen volop.
Daar kom je zomaar niet bovenop,
want wie er wat van zegt,
krijgt een schop.
In het land van Mark,
komt de dag dat het oproer kraait.
Want het volk staat te kijk,
en wordt per opbod verkocht.
En Mark is zo aan de macht verknocht,
daarvoor pleegt hij graag een wandaad.
Het volk zoekt raad,
want wij zijn kwaad.
Kwaad op Mark, die stijve hark
die het geld bij elkaar harkt.
Het geld van het volk,
komt in vreemde handen.
En vaak ook nog in verre landen,
maar waar het ook komt:
de armen zeggen altijd verdomd nog aan toe,
ik lijk wel een uitgemolken melkkoe!