Ooit was er alleen duisternis
Het universum had geen hart
Dat was me toch een groot gemis
toen was er het begin van een nieuwe start
alles kreeg opeens een vorm
dankzij een grote knal
gevolgd door een grote storm
Het was me een geval
duizend miljoen sterren
misschien wel duizend meer
die schenen toen van verren
is het verhaaltje van weleer
en ergens tussen die sterren , daar zaten wij
ergens tussen de planeten
wat waren we toen vrij
als we toen hadden geweten
wat het universum ons zou brengen
wat de wereld ons zou geven
Het werd alleen maar enger
een verhaal van angst en beven
Want ik liet jou hand los
en je verdween, voor goed van mij vandaan
dus onder deze sterrenklos
laat ik nu mijn traan
Waar ben je toch gebleven?
Zal ik je ooit weer zien?
Alsjeblieft nog in dit leven
of over duizenden jaren weer misschien?
Weet je waar ik ben?
Oh waar ben je toch gebleven?
Want ik, ja ik beken
zonder jou kan ik echt niet leven.